Bijzonder concert bij kaarslicht

11 november 2012 om 22:01

Dirigent Arie HoekZaterdag 24 november organiseert Musica Laurentius in de Laurentiuskerk te Mijnsheerenland een bijzonder concert voor koor, solisten, orgel en orkest. De kaarsen zullen branden.

Uitgevoerd zal worden de indrukwekkende cantate “Aus der Tiefen rufe ich, Herr, zu dir” BWV 131 van J.S. Bach, de cantate “Erbarm dich mein, O Herre Gott” van Dietrich Buxtehude en een orgelconcert van Bach.

De solisten zijn Govert Valkenburg, tenor en Mitchell Sandler, bas. Het orgel wordt bespeeld door Rien Donkersloot.

De Cappella Laurentius en de Accademia Amsterdam worden geleid door Arie Hoek.

De aanvangstijd is 20.00 uur

De toegangsprijs is € 17,50

Het geheel wordt georganiseerd door Musica Laurentius. Iedereen van harte welkom

Toelichting

“Aus der Tiefen rufe ich, Herr, zu dir” BWV 131, behoort tot de vroegste cantates van J.S. Bach (1685-1750), hij componeerde deze cantate op 22-jarige leeftijd.
Het werk is ontstaan in Mühlhausen, waar hij van 1707 tot 1708 organist was.
De tekst is gebaseerd op Psalm 130, zoals Maarten Luther deze in 1523 heeft vertaald in het Duits; verder klinken er nog twee koralen, de tweede en vijfde strofe van het lied “Herr Jesu Christ, du höchstes Gut” van B. Ringwaldt uit 1588. En dat is opvallend, in latere cantates zien we veelvuldig beschouwende teksten in de vorm van aria’s en recitatieven.
De muziek kenmerkt zich door een ondoorgrondelijke schoonheid, het is verbazend dat J.S. Bach al op zo’n jonge leeftijd in staat was zulke diepzinnige en gelaagde muziek te schrijven.

Als contrast een cantate van D. Buxtehude (1637-1707), “Erbarm dich mein, O Herre Gott”.
Het gaat om een zgn. dialoog-cantate. De bassolist roept ons op tot bekering en vooral om onze misdaden onder ogen te zien. Deze teksten komen uit Jesaja en Jeremia.
Het koor antwoordt telkens met een koraal, verschillende strofen van het lied “Ich armer Sünder komm zu dir” van J. Heermann.

De jonge J.S. Bach kwam op jonge leeftijd in aanraking met de muziek van D. Buxtehude; hij was er zeer van onder de indruk.
De twee cantates laten zien hoe de jonge Bach is beïnvloed  door de oudere Buxtehude.
In 1707 was Bach slechts 22 jaar en Buxtehude inmiddels 70 jaar.
En zo hebben de cantates van Buxtehude Bach geholpen om in zijn spoor verder te gaan en de cantate tot een grootse vorm verder te ontwikkelen en te vervolmaken.

Het orgelconcerto BWV 1052a is een alternatieve versie van het concerto voor klavecimbel en strijkers.

Bach gebruikte deze muziek al eerder als onderdeel van cantate BWV 149.
De versie voor orgel is op veel punten gelijk aan die van het klavecimbelconcert.
In de beide hoekdelen heeft de organist een uiterst virtuoze partij; aan het einde van deze delen krijgt de organist ook nog eens een virtuoze cadens toebedeeld.
In het middendeel, een diepzinnig adagio, klinkt te midden van een ostinato bas een uitvoerig versierde en expressieve melodie.

Bij het Concerto wordt niet het hoofdorgel gebruikt maar een kleiner orgel dat dichtbij het orkest staat.

Kortom een prachtig concert vol afwisseling.